MerCruiser: het merk dat het varen heeft veranderd

MerCruiser is vandaag het meest succesvolle sterndrivemerk ter wereld, maar
ooit was Mercury Marine-oprichter Carl Kiekhaefer er niet eens zeker van dat het
product ooit rendabel genoeg zou worden om zich te kunnen handhaven.
Toen Kiekhaefer midden jaren vijftig een sterndriveschets van een
Mercury-ingenieur onder ogen kreeg, zei hij tegen zijn medewerker dat hij moest
stoppen met deze tijdverspilling. Kiekhaefers onderneming stond immers bekend om
zijn superieure buitenboordmotoren en elke beleidsverandering kon marktaandeel
kosten. “Mijn vader vond het een bar slecht idee”, vertelt Carls zoon en huidige
bestuursvoorzitter van Mercury Racing, Fred Kiekhaefer. “Hij was destijds zo
gericht op buitenboordmotoren dat hij niet afgeleid wilde worden door een
dergelijke nieuwe technologie.” De sterndrive, die bestaat uit een
binnenboordmotor in de achtersteven van de boot en een aandrijving die op de
onderste helft van een buitenboordmotor lijkt, werd in de jaren dertig van de
vorige eeuw twee keer zonder succes op de markt gebracht.
Maar toen concurrent Volvo Penta in 1959 op de New York Motor Boat Show de
eerste moderne sterndrive uitbracht, veranderde Kiekhaefer snel van mening.
“Toen Volvo met zijn aandrijving op de markt kwam, kon mijn vader er niet
omheen”, aldus Fred. “Een bar slecht idee werd een buitengewoon goed idee.”
Kiekhaefer zette zijn ontwikkelingsteam aan het werk om een betere en krachtiger
versie te ontwikkelen. Volvo’s sterndrive kon 80 pk genereren, slechts 10 pk
meer dan Kiekhaefers krachtigste buitenboordmotor in 1959. In die jaren waren
buitenboordmotoren beperkt wat pk’s betreft. Wegens de veel hogere kosten van
onderdelen die betere prestaties konden leveren, was het onpraktisch om
krachtigere buitenboordmotoren te bouwen. Kiekhaefers buitenboordmotoren zaten
dicht op die pk-limiet toen de eerste sterndrive op de markt kwam.
Kiekhaefer vond dat Volvo Penta een fout had gemaakt door geen sterkere motor
te ontwikkelen – en hij was van plan daarvan te profiteren. Zijn technici kregen
de opdracht om een MerCruiser te ontwikkelen die de motor van de concurrentie
ver achter zich zou laten. Nadat de testmotor was gebouwd in de Mercury
Marine-fabriek in Fond du Lac stuurde Kiekhaefer hem naar de beroemde Lake
X-testfaciliteit van Mercury in Florida. Alles gebeurde in het grootste geheim
tot Kiekhaefer er zeker van was dat hij een juweeltje in handen had. Fred, die
tijdens zijn middelbare-schoolvakantie in de fabriek werkte, monteerde
persoonlijk de eerste MerCruiser-unit die getest zou worden. “Toevallig was ik
op het juiste moment op de juiste plaats”, aldus Fred. Pas na uitgebreid testen
op Lake X was Kiekhaefer tevreden met de prestaties van de sterndriveversie. En
zo werd de eerste MerCruiser sterndrive op de Chicago Boat Show in 1961
gepresenteerd. De productenlijn van dat jaar omvatte modellen met vermogens van
125 tot 200 pk. Daarbij verbleekte de zwakkere, tragere versie van de
concurrentie.
De uitvinding van de sterndrive – vooral de superkrachtige MerCruiser-versie
– zou de rollen compleet omdraaien, en Kiekhaefer wist dat.
“Hij zag
duidelijk in dat het een winnend idee was”, zegt Fred. Het aanpassen van
automotoren voor de scheepvaart was de gemakkelijkste en efficiëntste manier om
het motorvermogen van de boten te verhogen. “En dus konden wij dat ‘ijzer’ uit
Detroit goed gebruiken”, vervolgt Fred. “Het was stukken goedkoper om gebruik te
maken van autotechnologie.” In tegenstelling tot binnenboordmotoren, die
richtingsroeren gebruikten om de besturing te regelen, was de hekvoortstuwing
duidelijk veelzijdiger. Het was voor de eerste keer dat de bestuurder van een
niet door een buitenboordmotor aangedreven vaartuig zowel de besturing als de
overhelling kon regelen. De sterndrive bood ook meer cabineruimte dan de
binnenboordmotor en maakte ook een betere gewichtsverdeling over het hele
vaartuig mogelijk.
Net als bij een buitenboordmotor berustte het succes van de sterndrive op het
gebruik van voorwaartse en achterwaartse vectorstuwkracht. “Dat de sterndrive zo
interessant was kwam door zijn manoevreerbaarheid, vergelijkbaar met die van een
buitenboordmotor”, verklaart Fred. “De stuur- en trimhoek waren bepalend voor
zijn succes. Bij een binnenboord werkt dat anders.”Wegens zijn baanbrekende
ontwerp duurde het even voordat botenbouwers en het publiek de sterndrive
accepteerden. Zoals bij elk nieuw product wachtten de meesten af of de
technologie zou aanslaan.
“Het duurde even voordat men begreep hoe de
bootontwerpen aangepast moesten worden, want boten werden destijds voor
binnenboordmotoren gebouwd. De romp van die boten was ontworpen om de boeg op
natuurlijke wijze te verhogen als compensatie voor de spiegel die de neiging had
om het achterschip hoger te maken.”
Maar binnen een paar jaar waren al meer dan tien motorenfabrikanten bezig met
de productie van sterndrives. Geen ervan was ook maar van verre zo succesvol als
MerCruiser, het bedrijf dat door zijn overwinningen in de racerij in korte tijd
80 procent van de markt in handen kreeg. “Onze reputatie was op racen gebouwd”,
aldus Fred. “Mijn vader gaf niemand (ook zijn sterkste concurrent niet) ook maar
een schijn van kans om bootraces te winnen. En dus bleven we maar winnen en nog
eens winnen.” Niet alleen kreeg MerCruiser het grootste deel van de
sterndrivemarkt in handen, het haalde ook algauw marktaandeel weg bij de
binnenboordfabrikanten. In die tijd werden offshore-races gehouden op een
extreem ruwe zee – soms op golven van meer dan 3 meter hoog – bij
maximumsnelheden van ruim 100 km/u. Een boot met binnenboordaandrijving schiet
in dergelijke omstandigheden weg uit een grote golf en boort zich in de
volgende. Op het moment dat de boeg van de boot de volgende golf raakt, wordt de
bestuurder met een enorme klap vooruit geworpen. Maar niet bij een sterndrive.
Door de mogelijkheid om de schroef te regelen konden boten met
sterndrive-aandrijving constant op de toppen van de golven blijven en in ruwe
zee manoeuvreren. “De races in open zee toonden aan dat sterndrives sterk
genoeg waren om extreme krachten te weerstaan. Ze waren tot in de details
gebouwd voor de moeilijkste omstandigheden op volle zee.” De veelzijdigheid en
snelheid sloegen snel aan bij het Amerikaanse publiek. In hoog tempo groeide
MerCruiser door in een markt die een paar jaar tevoren nog niet eens
bestond.
De buitenboordmotor bleef populair onder watersporters die op
lichtere, 18-voets of kortere boten varen, maar MerCruiser werd al snel de
favoriete motoraandrijving voor grotere boten.
Een decennium nadat de eerste MerCruiser-motor werd onthuld, begon het
sterndriveprogramma van Mercury zich razendsnel te ontwikkelen. In 1971 bracht
het bedrijf de negende motor in de serie uit, de MerCruiser 888, een V8-motor
van 188 pk die werd gekenmerkt door een jetpropuitlaat en vermogensregeling.
Vervolgens introduceerde het bedrijf zijn eerste pakket met jetaandrijving, de
MerCruiser Jet 400, een V8-motor met 375 pk vermogen. Een jaar later werd het
Blue Water In-Line sterndrive-pakket voor recreatieve en commerciële
toepassingen op open zee op de markt gebracht. De motoren – met een vermogen van
198 tot 330 pk – boden extra betrouwbaarheid en prestaties voor hen die de
oceanen wilden trotseren.
Rond het midden van 1985 waren al meer dan een
miljoen MerCruiser-sterndrives verkocht, ondanks het feit dat dat de populairste
motoren van het merk nog moesten komen. MerCruiser introduceerde de Alpha One-
en de Bravo One-aandrijvingen in 1986 en 1987, evenals drie Magnum-motoren voor
waterskiliefhebbers in de late jaren 1980 en de vroege jaren 1990. De
populariteit van de Alpha- en Bravo-drives maakte MerCruiser tot een vertrouwde
naam bij zowel de recreatieve en als de op topprestaties gerichte watersporters.
Op 15 maart 1995 werd de twee miljoenste MerCruiser-motor verkocht.
Vandaag blijft innovatie de drijvende kracht achter de positie van MerCruiser
als de betrouwbaarste en meest erkende sterndrivefabrikant ter wereld.
Het
MerCruiser-programma omvat nu meer dan 20 sterndrivepakketten en biedt optionele
functies zoals Axius, het eerste joystickbesturings- en navigatiesysteem voor
sterndrives in de branche, en de beste SeaCore-corrosiebescherming in zijn
klasse.